de toekomst:
Iedereen op
het net, zelfs
voor de dagelijkse
boodschappen
------->
Twee
recente
berichtjes
-------->

E-mailen kan sinds kort
ook met de handse
HTML-codes:
<P
ALIGN=RIGHT><Title> technologie
hoofdstuk 11 </Title><TABLE >
<TR><TD VALIGN=top align=left WIDTH=102
HEIGHT=50>
<P></TD><TD WIDTH=12 HEIGHT=50>
<P></TD><TD align=middle WIDTH=430
HEIGHT=50>
<H1><IMG SRC="Technologo.gif"
WIDTH=432 HEIGHT=107
X-SAS-UseImageWidth X-SAS-UseImageHeight
ALIGN=bottom></H1>
</TD></TR>
</TABLE><TABLE >

|
|
- Internet
- E-mail -
Newsgroups -
Nederlandse nieuwsgroepen -
FTP - Archie -
IRC - Gopher -
Telnet - WWW -
Toekomstverwachting -
Begrippenlijst
-
- Wat is
Internet?
- Internet is een netwerk van aan
elkaar gekoppelde computers en netwerken. Via dit
grootste netwerk, ook wel het 'netwerk der netwerken'
genoemd, zijn verschillende functies te gebruiken. Het
Internet is groot. Niemand weet precies hoe groot. De
meest recente schattingen gaan uit van ruim 15 miljoen
aangesloten computers. Daarbij zouden ruim 100 miljoen
gebruikers horen. Maar deze aantallen wijzigen per dag...
Het Internet is een continu groeiende wereld... Vandaar
ook dat deze wereld wel wordt aangeduid als Cyberspace:
een digitaal heelal waar niemand de eindigheid van kent.
Naast dit grote openbare net zijn er tal van kleinere,
meestal besloten netwerkjes opgezet, bijvoorbeeld voor
communicatie binnen de verschillende bedrijfsonderdelen,
of communicatie tussen universiteiten en ministeries. Ook
defensie heeft haar eigen netwerk. KPN, de Nederlandse
communicatiegigant is voor haar diensten (ook met het
buitenland) verbonden via "Intranet"
-
Volgens het bureau Nielsen
Research is het gebruik van het Internet in de
VS en Canada in de afgelopen achttien maanden
meer dan verdubbeld. In de herfst van 1986
surfte tien% van de bevolking regelmatig. In het
voorjaar van 1997 was dat percentage opgelopen
tot 23%. In 1995 was 34% van de surfers vrouw.
Dat percentage is nu 42%. Internetten is in de
U.S.A. minder kostbaar danin Europa. Het
amerikaanse AT&T sluit contracten af met
telefoongebruikers, waarbij zij onbeperkt kunnen
telefoneren, dus 24 uur achter elkaar zonder
meerkosten. Dat heeft Internet wel dichter bij
de consumenten gebracht. Als verkoopmedium is
het Internet overigens nog steeds geen succes.
Niet meer dan 15% van de gebruikers heeft ooit
een produkt gekocht via de browser.
Webavonturiers hebben nog weinig vertrouwen in
de beveiliging van elektronisch betalen. Toch
zijn er inmiddels absoluut safe
betalingsmogelijkheden door koppeling met
externe computers die tijdelijke, geheime
pincodes generen, voor de duur van een
verbinding. De best verkopende produkten in
cyberspace waren: cd's, boeken, software en
bioscoopkaartjes.
Ook in Nederland zal het kopen
en verkopen via het net in de komende jaren een
enorme vlucht nemen. Al is men hier nog in het
stadium van proefneming. Vanaf mei doen
vierhonderd huishoudens in Zoetermeer een jaar
lang mee aan een proef met het "virtuele
winkelen" in de supermarkt. De proef is bedoeld
als leerperiode. Een boodschappenkratje, alle
levensmiddelen voordagelijks gebruik, incl.
versproducten en een kassa, alles is in deze
supermarkt te vinden. Winkelen doe je vanuit je
huiskamer. Via het net zoek je kontakt met de
winkel. Wie "doorklikt naar binnen ziet een
platte grond waarmee je de winkelrouite kunt
bepalen. Vind je het gewilde artikel, dan kun je
het met de muis naar je "boodschappenkratje"
slepen. Heb je alles, dan klik je door naar de
kassa. Daar kun je pin betalen. Tevens klik je
een tijdvak aan waarin je wilt dat de
boodschappen worden thuisbezorgd.
|

- E-mail
- E-mail is een Engelse
afkorting; in goed Nederlands zouden wij zeggen
'elekronische post'. Met behulp van e-mail kunnen
Internet-gebruikers berichten en zelfs bestanden naar
elkaar sturen. Iedere internet-gebruiker heeft een strikt
persoonlijke inlognaam. De naam van de gebruiker (dat kan
een gekozen naam zijn, in internettermen spreken we dan
van "nicknames") samen met de naam van de provider vormt
dit het e-mail-adres van de gebruiker. Als je het
e-mail-adres van een andere gebruiker kent, kunt je met
behulp van een mail-programma post versturen en
ontvangen!
- Sinds kort is het ook mogelijk
om, als abonnee op een van de Nederlandse GSM netwerken
(PTT of Libertel) e-mails te ontvangen. Iedere gebruiker
krijgt een "postbus" (mailbox) op het Internet. Hij kunt
dus terwijl hij mobiel is zowel Email ontvangen als Email
versturen. Email wordt zonder enige vertraging
onmiddellijk tussen het Internet en het GSM telefoon
uitgewisseld. Omdat het Internet in principe geen
beperking kent op de lengte van een Email bericht, heeft
GIN (een samenwerkingsverband van EasyInfo bij PTT, en
Infotext bij Libertel) een beperking ingesteld voor de
lengte van deze teksten. Om er voor te zorgen dat de
tekst in eerste instantie al niet te lang wordt, zal
alleen de tekst-inhoud van het "onderwerp veld"
(subject-field) van het Email bericht naar uw telefoon
worden doorgestuurd, inklusief de naam van de afzender.
Indien een Internet gebruiker rechtstreeks naar een
GSM-telefoon een Email wil sturen, dan dient hij de tekst
van het bericht in te voeren in het onderwerp veld
(subject-field). Mocht deze tekst toch langer worden dan
plm. 150 tekens, dan zal deze worden "afgekapt" om te
voorkomen dat te lange berichten worden doorgestuurd en
zo de SIM-card zou kunnen "verstoppen".
-
OPDRACHT: - Zend het photoshop-bestandje dat je
leraar je geven zal, met het
e-mailprogramma dat bij jullie gebruikt wordt, over naar
een andere grafische school. Je leraar geeft jou het
adres wel. Kijk de volgende keer in het E-mail programma
of alles goed is aanhekomen
-
Newsgroups
- Nieuwsgroepen bieden een
geweldige mogelijkheid om met mensen uit de hele wereld
in gesprek te komen. Er is bijna geen thema waarover niet
gediscussieerd wordt op Internet. Van voetbal tot
wetenschappelijke ontdekkingen, van televisieseries tot
blind dates, het komt allemaal aan bod op 'Usenet', het
grootste, openbare en wereldwijde nieuwsnet.
- Anders dan bij e-mail, kan
iedereen in nieuwsgroepen alle berichten lezen. Het
aantal nieuwsgroepen groeit dagelijks. Nu al zijn er ruim
18.000!
- Elke nieuwsgroep heeft een
eigen onderwerp. Aan de hand van de naam van de
nieuwsgroep, kunt je meestal wel bepalen wat het
discussie-thema van de groep is. Groepen die bijvoorbeeld
met comp. beginnen, gaan over een bepaald aspect van
computers. comp.sys.win95 of comp.mac-os (alles in
onderkastletter!) bijvoorbeeld gaan over de verschillende
besturingsststemen.
-
Nederlandse
nieuwsgroepen
- Naast de wereldwijd
toegankelijke nieuwsgroepen bestaan er ook regionale
groepen en nieuwsgroepen die alleen voor de gebruikers
van een bepaalde provider toegankelijk zijn, of waar een
abonnement op een maandblad vereist is.
- De meeste Nederlandse
nieuwsgroepen beginnen met nl. Bekende Nederlandse
groepen zijn nl.misc (over van alles en nog wat),
nl.markt.banen (over werkgelegenheid) en nl.roze (over
homoseksualiteit).
-
FTP
- FTP staat voor File Transfer
Protocol: een manier om bestanden van de ene naar de
andere computer te verzenden. Hiervoor wordt gebruik
gemaakt van een apart programma. Zodra de verbinding met
een internet-provider een feit is, kan men met behulp van
zo'n programma 'op de harde schijf' van andere
Internet-computers kijken. Wel wordt er vaak gevraagd
naar een username en password. Veel FTP-servers geven
echter de mogelijkheid om 'anoniem' in te loggen. Je hebt
dan geen 'password' nodig maar je kunt je eigen username
als zodanig gebruiken en als password je volledige
internet-adres intikken. Nadat je een bepaald bestand
gevonden hebt, geeft je het programma opdracht om het
naar je eigen computer te halen. De sites die in
Nederland of in de omringende landen zijn, bekorten het
wachten tot het bestand compleet is aanzienlijk. Daarmee
bespaar je op telefoonkosten. Dus ftp-site-namen die
eindigen op '.nl' hebben meestal de voorkeur boven '.com'
die doorgaans in Amerika staan.
-
Archie
- Met Archie kunt je op zoek gaan
naar bestanden die op een andere Internet-computer
aanwezig zijn. Ook als je slecht een deel van de
bestandsnaam kent, zorgt Archie ervoor dat je alle
bestanden die voldoen aan jouw zoekterm zichtbaar worden.
Via FTP kunt je zo'n bestand dan naar uw computer halen.
Hoe specifieker de zoekterm, hoe groter de kans dat je
het door jou gezochte bestand ook daadwerkelijk
vindt.
- Archie en FTP worden
tegenwoordig door veel programma's 'geïntegreerd'.
Via Mosaic en Netscape bijvoorbeeld zijn bestanden ook
via het World Wide Web op te halen
-
IRC
- IRC staat voor Internet Relay
Chat. En het laatste woord geeft al aan waar het hier om
gaat: babbelen. Via het toetsenbord, dat wel, maar met
IRC bent je in staat om met andere internetgebruikers te
'praten'. Live!
- Dagelijks zijn vele duizenden
gebruikers aanwezig op evenzoveel IRC-kanalen. Net als
bij de nieuwsgroepen, heeft elk kanaal zijn eigen
onderwerp. Veel IRC-programma's geven trouwens aan
hoeveel 'chatters' er op dat moment op het kanaal
aanwezig zijn.
-
Gopher
- Gopher is de voorloper van het
World Wide Web. Met deze functie worden verschillende
Internet-computers via een menu-structuur aan elkaar
gekoppeld. Op die manier kunt je op basis van
zoekcriteria door de beschikbare informatie struinen.
Ongeacht waar die informatie staat. Een aardig startmenu
voor een Gopher-sessie is te vinden op de meeste
WWW-browsers. Een apart programma is dus niet
persé noodzakelijk.
-
Telnet
- Met Telnet verandert de
computer in een terminal van een andere computer. Op die
manier koppelt je je systeem direct, via het internet,
aan de computer van een informatieleverancier. Vaak wordt
er dan gevraagd naar een username en password. Voor
gastgebruik is dit meestal GUEST. Maar ook andere namen
zijn mogelijk. Let u goed op de boodschap die de
Telnet-computer je geeft zodra de verbinding een feit is.
Hierin wordt namelijk verteld hoe je in het betreffende
systeem komt.
-
WWW
- WWW staat voor World Wide Web,
ook wel aangeduid als W3. Dit is het snelst groeiende en
meest tot de verbeelding sprekende onderdeel van het
Internet. Op het net is over vrijwel ieder onderwerp wel
wat te vinden (b.v. muziek, CD's, artiesten, films,
bioscopen, theaters, markten etc.) Je kunt alles heel
snel opzoeken door de verschillende, razendsnelle
"zoekmachines". Je vult een trefwoord in en binnen enkele
seconden heb je een lijst van pagina's die (wereldwijd)
met dat trefwoord corresonderen.
- Bekijk deze
pagina maar.
Deze pagina zoekt alleen in Nederland
(dan hoef je niets te vertalen) en heeft alles in
rubrieken onderverdeeld.
- De pagina's die je nu bekijkt
zijn onderdeel van het WWW. Deze functie van het
Internet, is opgebouwd uit pagina's die met een browser
te bekijken zijn. Daarvoor zijn deze pagina's geschreven
in een speciale taal: HTML. Deze
HyperText Markup Language, biedt de mogelijkheid om zowel
tekst, plaatjes en zelfs geluid en video aan een pagina
te koppelen. Via het World Wide Web kunt je ook diverse
andere functies van het Internet raadplegen. De meeste
moderne browsers kunnen FTP, Gopher, e-mail en
nieuwsgroepen aan. Met één programma kun je
zo een veelheid aan functies gebruiken. Wel zo
gemakkelijk. Veel Web-pagina's geven trouwens aan met
welke browser ze het best kunnen worden bekeken. De twee
meest bekende browsers zijn Netscape en
MicrosoftExplorer. Overigens is het om zelf een
"home-page" te fabriceren, niet meer noodzakelijk HTML te
kennen. De nieuwste webpagina-ontwerp programma's zijn
WYSIWYG (wat je ziet is wat je krijgt). De pagina-opmaak
van dergelijke programma's is enigszins te vergelijken
met XPress. Als je de pagina's "upload" naar de server
wordt alles automatisch omgezet in HTML-codes. Voor de
bewegende beelden in pagina's hebben we verschillende
mogelijkheden, zoals 'animated gif', dat zijn plaatjes
die uit zichzelf bewegen. Ook kunnen we een andere taal
gebruiken: JAVA-script en JAVA-applets. Die taal is nog
niet in webmakers te vinden.
- Een
klein voorbeeldje van animated gif:
- Naar verwachting zal de
HTML-taal in de toekomst vervangen worden door een
"dynamic HTML", of mogelijk door JAVA omdat met deze
schrijfwijze ook internet-pagina's kunnen worden
geschreven en JAVA bovendien "actie" in de pagina's
brengt. Overigens werken sommige web-sites met een
afgeleide van JAVA. zoals "Shockwave" of "Active-X". Maar
deze talen (eigenlijk methoden) worden nog weinig
ondersteund in browsers. Als je die wilt bekijken moet je
eerst een 'plugin' downloaden die bij je browser past.
Meestal zijn die gratis te krijgen bij de betreffende
fabrikanten
- Binnenkort komt de amerikaanse
firma IBM met een JAVA-machine op de markt. Door de
snelheid die in de toekomst via telefoonleidingen
mogelijk wordt (zie hoofdstuk ISDN) is het mogelijk de
bewegende beelden rechtstreeks over te zenden. De
JAVA-machine wordt zo'n beeldkanon.
- OPDRACHT: - Ontwerp jouw eigen home-page! Daarvoor
maak je eerst een plannetje. Je tekent de afbeeldingen,
die scan je in (wegschrijven bij voorkeur als JPEG of
Compuserve-gif, dat spaart ruimte). Vervolgens open je
het pagina-maakprogramma en gaat aan het werk. VRAAG JE
LERAAR OM DE HANDLEIDING
- Toekomstverwachting
- De technische
mogelijkheden bij het gebruik van het net zijn nog lang
niet uitgeput. Nog dagelijks dienen zich nieuwe
ontwikkelingen aan. Een van de laatste ontwikkelingen is
het werken met "real audio" en "real Video" IN
"Real-time" (direct). Men bedoeld daarmee dat het via het
net mogelijk is om, vrijwel zonder vertraging geluid met
CD-kwaliteit en videobeelden met een resolutie, zo hoog
als het beeldscherm van de computer door te zenden.
Verwacht wordt dat de beeldtelefonie, die PTT-telecom
jaren geleden al aankondigde niet verder ontwikkeld zal
worden, omdat het nu reeds mogelijk is om via een netwerk
te "vergaderen" met beeld en geluid;
"Video-conferencing", of "meet me" noemt men dat. Het
spaart het milieu ook nog omdat geen enkele deelnemer in
de auto hoeft te stappen om te vergaderen. Natuurlijk
worden er wel eisen gesteld aan de kwaliteit van de
telefoonlijn. ISDN is een minimum eis.
- Internet
begrippenlijst
- Het internet heeft wel enkele
nieuw woorden en begrippen aan onze gebruikstaal
toegevoegd. Woorden en vooral begrippen waar onze opa's
en oma's het knap lastige mee kunnen hebben,
zoals:
-
Acces provider = de toegangsverschaffer tot het Internet
Apenstaartje = het tekentje @ dat in gebruikersnamen voorkomt en de
betekenis 'en ook" heeft
Bps = bits per seconde
Browser = het programma om HTML-pagina's te bekijken
Downloaden = het binnenhalen van bestanden via het net
E-mail = elektronische post
FTP = file transfer protocol - methode van overzetten van documenten
Host = de server die jouw gezochte pagina op het net heeft
HTML = snelle pagina-opbouwtaal voor computers
Http = methode van overzenden van HTML-pagina's
Hyperlink = gemarkeerde tekst of afbeelding die koppelt met een
ander document
Inbelpunt = toegangspunt (telefoonnummer van de server) die je
toegang tot het net verschaft
IRC = Internet relay chat . heen en terug verbinding via het net om met
het toetsenbord te kunnen kletsen
Modem = MODulator/DEModulator. apparaat dat diditale gegevens
overzet in analoge gegevens en andersom
Multimedia = bewerkte kombinatie van tekst, beeld en geluid
Netetiquette = ongeschreven gedragsregels op het internet .
In de nabije toekomst zullen regeringen komen met Internet-wetten.
Hierop hebben zij nu nog nauwelijks grip
Nieuwsgroep = verzameling artikelen en berichten over een bepaald
onderwerp
Off-line = een communicatieprogramma openen zonder dat de telefoonlijn
open staat
On-line = Een verbinding hebben met het netwerk, waarbij de telefoonlijn
uiteraard open staat
Poortsnelheid = het maximum aantal bits per seconde dat een modem
aan kan. b.v 14.400 (14K4), 28.800 (28K8) etc.
POP = point of presence, oftewel inbelpunt
POP server = een computer die gebruik maakt van Post Office Protocol.
Als iemand een e-mail overzend blijft het bericht op de server staan
totdat het wordt opgehaald
PPP = point to point protocol. Een methode om via het modem en de
telefoonlijn een verbinding te leggen met internet (o.a. afhandeling
van naam en wachtwoord)
Server = een computer die alle gegevens verwerkt, zowel in als uitgaand
Shareware = vrij te verspreiden software
Site = de webpagina en directe links daarop met één gebruikersnaam
Surfen = rondkijken op het net - ook wel van pagina naar pagina gaan en
van onderwerp naar onderwerp
TCP/IP = het meest gebruikte internet protocol
Uploaden = een bestand vanuit jouw computer overnrengen naat een
andere computer of server
URL = Uniform Recource Locator, een bepaald adres op het WWW
Webmaster = de verantwoordelijke persoon voor het bijhouden van een
website
WWW = World Wide Web, het grootste net
(web doet je denken aan spinneweb)
|
- < Terug naar
index
|